Martin Horst - advocaat

Arbeidsongeval: zorgplicht werkgever

Een juridische bananenschil
De astronomische zomer staat op het punt van beginnen. Sneeuw en kou lijken dus ver weg. In de hierna te bespreken uitspraak speelde vastgekoekte sneeuw een hoofdrol.

Op 13 april 2016 heeft de Kantonrechter te Utrecht geoordeeld dat de werkgever van een pakketbezorger aansprakelijk is voor de schade na een arbeidsongeval veroorzaakt door vastgekoekte sneeuw. De volledige uitspraak vindt u hier.

De betreffende werkneemster is in dienst als pakketbezorger. Op 16 februari 2010 is de werkneemster, nadat zij was uitgestapt uit een bestelbus om een pakketje te bezorgen bij een woning, op straat ten val gekomen. De werkneemster gleed uit doordat zij stapte op vastgekoekte sneeuw. De werkneemster vroeg de Kantonrechter uit te spreken dat de werkgever aansprakelijk is voor de door haar geleden de schade als gevolg van het arbeidsongeval (artikel 7:658 BW).

De kantonrechter oordeelde dat de werkgever niet aan de zorgplicht heeft voldaan. Bij het uitvoeren van de werkzaamheden bestaat een risico op uitglijden en/of vallen. Dit risico versterkt zich op dagen waarop sprake is van sneeuw en ijs. Dit vormt volgens de Kantonrechter een bedrijfsrisico waarvoor een veiligheidsverplichting geldt voor de werkgever. Uitglijden, vallen et cetera zijn immers juist arbeidsongevallen die zich bij het uitvoeren van de werkzaamheden die een pakketbezorger heeft, kunnen voordoen, zodat een werkgever op grond van artikel 7:658 BW verplicht is maatregelen te treffen die redelijkerwijs nodig zijn om dergelijke arbeidsongevallen te voorkomen.

De werkgever verweerde zich door te stellen dat er sprake is van een alledaagse activiteit waarvoor geen maatregelen moesten worden en de werkgever vond dat er sprake was van een huis-, tuin- en keukenongeval waarvoor de werkgever de pakketbezorger niet hoefde te waarschuwen. De Kantonrechter is van mening dat, omdat dergelijke ongevallen zich tijdens de uitoefening van de werkzaamheden van een pakketbezorger kunnen voordoen, er geen sprake van een alledaagse activiteit. Van een zogenoemd huis-, tuin- en keukenongeval waarvoor een werkgever niet hoeft te waarschuwen is ook geen sprake, aldus de Kantonrechter. Van een werkgever mag in zo’n geval worden verlangd dat er preventieve maatregelen worden getroffen, waarbij gedacht kan worden aan het verstrekken van schoeisel dat bescherming biedt tegen uitglijden. Dit klemt temeer als sprake is van gladde, winterse weersomstandigheden zoals in deze zaak. Deze werkgever had echter in het geheel geen preventieve maatregelen getroffen. Ook niet nadat de werkneemster en collega’s om schoeisel (en werkkleding) hadden verzocht. De pakketbezorger werd in het gelijk gesteld.

Werkgevers en werknemers kunnen lessen trekken uit deze uitspraak. Werkgevers zouden zich moeten afvragen of hun werknemers bij de uitoefening van hun dagelijkse werkzaamheden risico’s lopen en of werknemers voldoende duidelijk en kenbaar op die risico’s gewezen worden. Voorts is het raadzaam stil te staan bij de vraag of er (preventieve) maatregelen getroffen kunnen worden die dergelijk arbeidsongevallen kunnen voorkomen. Werknemers moeten zich ook bewust zijn van risico’s die er zijn en doen er goed aan bij hun werkgever aan de bel te trekken indien er in hun ogen niet het nodige is of wordt gedaan om arbeidsongevallen te voorkomen.